Chen was nog maar 5 jaar oud toen bij hem een goedaardige hersentumor werd vastgesteld.
Zijn moeder Zhou Lu, bleef voor hem zorgen, maar ook voor haar kwam er een paar maanden later slecht nieuws: ze had een groot probleem in een van haar nieren.
De twee sliepen enkele jaren naast elkaar in een ziekenhuisbed. Zhou moest aan de dialyse en Chen die zijn moeder nodig had maar ook moest worden behandeld.
De artsen dachten dat Chen het wel zou redden aangezien het leek alsof de kanker verdwenen was, maar uiteindelijk kwam het weer terug.
Door de kanker raakte de kleine Chen echter verlamd en blind.
Ook ging het met Zhou steeds slechter; alleen een niertransplantatie zou haar kunnen redden.
En dus spraken de artsen met Chen's oma, de moeder van Zhou: "Ze vertelden me dat mijn kleinkind niet lang meer zou kunnen leven"
Ze vertelden haar ook dat Chen's nieren niet alleen het leven van haar dochter zou kunnen redden maar ook dat van andere mensen, Zhou zelf wilde echter niets weten van deze optie.
Toen aan Chen werd uitgelegd wat voor een probleem zijn moeder had was het juist hij die zijn moeder smeekte en zei: "Mama, ik wil dat jij blijft leven"
Na een aantal discussies en veel nadenken stemde Zhou ermee in. De enige troost was dat haar zoon zou voortleven in haar.
Kort daarna stierf Chen en werd zijn kleine lichaam naar de O.K. gebracht waar ze zijn nieren en lever verwijderden.
Gelukkig ging de transplantatie goed en werd zijn moeder weer gezond.
Zhou was niet de enige die werd gered. De rechternier van Chen redde het leven van een meisje van 21 en zijn lever werd bij een 27-jarige jongen geïmplanteerd.