Het risico op tandbederf kan aanzienlijk worden verminderd door een optimale hoeveelheid vitamine D. Ons lichaam vormt vitamine D, onder invloed van UV-straling, in de huid. Veilig en gematigd zonnen lijkt dus gezond voor de tanden.
Onderzoeker William Grant, schrijft in het tijdschrift Dermato-Endocrinology dat een vitamine D-niveau van ten minste 30 nanogram per milliliter bloed er voor zorgt dat lichaamseigen antibacteri�le peptiden worden gevormd. Deze peptiden dammen de veroorzakers van tandbederf in.
Grant baseerde zijn onderzoek op 325 wetenschappelijke studies naar UV-straling en tandbederf, die de afgelopen vijftig jaar verschenen. "In gebieden met een lagere UV-stralingsintensiteit treedt tandbederf duidelijk vaker op dan in gebieden die een hogere UV-straling laten zien.", vertelt Grant. "UV-straling stimuleert de aanmaak van vitamine D en vitamine D is op zijn beurt de motor voor de opbouw van antibacteri�le peptiden die het ontstaan van tandbederf voorkomen."
De onderzoeker beveelt aan om de rol van een optimale vitamine D-opname in de tandheelkunde sterker te benadrukken. Vanaf 30 nanogram per milliliter bloed kan het positieve effect van vitamine D zich voldoende ontwikkelen. Waarden tussen de 40 en 60 ng/ml worden als optimaal beschouwd.