In de afgelopen duizenden jaren zijn mensen steeds dommer geworden. Onze intelligentie loopt terug omdat we onze hersenen niet meer nodig hebben om te overleven.
Dat concluderen wetenschappers aan de Amerikaanse Stanford-universiteit op basis van een onderzoek naar menselijke intelligentie.
Volgens hoofdonderzoeker Gerald Crabtree zouden wij versteld staan van het intellect van een gemiddelde burger in het Athene van duizend jaar voor Christus als die in onze tijd zou worden geplaatst.
'We zouden verbaasd staan om zijn enorme geheugen, zijn hoeveelheid aan originele ideëen en zijn heldere blik op ingewikkelde vraagstukken,' zegt Crabtree.
Dit heeft volgens Crabtree niet zozeer met zijn omgeving te maken. 'Ik zou die bewering ook aandurven voor inwoners van Afrika, Azië, India en de Amerika's van twee- tot zesduizend jaar geleden.
Volgens Crabtree zijn onze huidige intellectuele en emotionele vaardigheden 'verbazingwekkend fragiel'. Dit komt omdat we deze vaardigheden te weinig gebruiken bij onze dagelijkse bezigheden.
'Hoeveel genen gebruikt u voor het lezen van een boek, het zorgen voor een geliefde of het schrijven van een lied?' vraagt Crabtree zich af.
De ontdekking is volgens de wetenschapper opvallend omdat door natuurlijke selectie menselijke generaties stapsgewijs slimmer moeten worden.
Maar omdat we onze hersens niet meer nodig hebben voor de natuurlijke selectie, door bijvoorbeeld tactieken te bedenken om ons te beschermen tegen wilde dieren, kalft onze hersencapaciteit geleidelijk af, zegt Crabtree.
Veel zorgen hoeven we ons volgens de wetenschapper niet te maken over de geleidelijke teruggang van onze hersenen. 'De wetenschap heeft zich zo snel ontwikkeld de afgelopen honderd jaar, dat we gemakkelijk kunnen zeggen dat ze ook voor dit ingewikkelde probleem met een oplossing zal komen'.