Een uurtje knallen in een schietspel als GTA of Call of Duty, of digitaal voetballen in een populaire game als Fifa. Het is de normaalste zaak van de wereld om te gamen, vooral onder jongeren. Maar soms loopt het uit de hand en zit een kind tientallen uren per week te gamen. In een enkel geval zelfs wel zestig uur in de week: evenveel als anderhalve fulltime baan.
Tien procent van de jongens tussen 12 en 15 jaar is gameverslaafd, zo blijkt uit onderzoek van Universiteit Utrecht. Die groep jongens gamet gemiddeld ruim vier uur per dag, bijna het dubbele van het gemiddelde dat 'normale' jongens achter hun pc of console doorbrengen.
Hoe anders is dat bij de meisjes van die leeftijd. Een Nederlands tienermeisje spendeert in een week gemiddeld 4,5 uur aan gamen, per dag iets meer dan een half uur. Minder dan één procent van hen is verslaafd, volgens de Utrechtse onderzoekers.
Maar wanneer noem je een fanatieke gamer verslaafd? De onderzoekers legden de antwoorden van de tweeduizend ondervraagde jongeren naast een lijst van negen criteria. Voldoen ze aan minstens vijf daarvan, dan kun je spreken van problematisch gamen, ofwel een gameverslaving.
Onderzoeker Ina Koning plaatst daar wel direct een kanttekening bij. ,,Je moet het altijd in bredere context bekijken, want onze kennis van gameverslavingen baseren we vooral op wat we weten over verslavingen aan bepaalde middelen.'' Gamen is een relatief nieuw fenomeen, voegt ze eraan toe.
Ook het effect van excessief gamen is nog niet helemaal helder. Zo konden de onderzoekers niet aantonen dat veel gamen leidt tot slechtere cijfers op school. Wel heeft het negatieve effecten op sociale omgang, ontdekten de wetenschappers.
Jongeren die moeite hebben met vrienden maken en andere aspecten van een sociaal leven, zijn vatbaarder voor een gameverslaving. Zij lopen het risico in een vicieuze cirkel te komen waarin ze alleen maar minder contact hebben met de 'echte' wereld. Ook jongeren met concentratieproblemen zijn een risicogroep. ,,Zij kunnen zich juist op een game vaak goed concentreren, omdat spellen zijn ontworpen om je aandacht vast te houden'', zegt Koning. ,,Daar kan een leraar in een klaslokaal niet tegenop.''
Hoe het kan dat er bijna geen gameverslaafde meisjes zijn? Daar kan Koning nog geen sluitend antwoord op geven. Het zou eraan kunnen liggen dat games vaak jongensachtiger zijn. ,,Maar dat moet meer onderzocht worden'', aldus Koning. ,,Dit onderzoek is pas het begin.''
Feit is in ieder geval dat het Trimbos-instituut een spectaculaire stijging ziet in het aantal hulpvragen over internetgamen. In 2009 zag het kennisinstituut voor verslavingszorg 69 mensen met een gameprobleem, in 2014 waren dat er 544.
Woensdag lanceert het instituut een site met tips voor ouders van kinderen die problematisch gamen. Onderzoeker Koning kan bezorgde ouders alvast meegeven dat het maken van duidelijke afspraken vooraf en goede communicatie de kans op een verslaving mogelijk flink verkleint.