die gast wil zeker dood.
A: onderweg naar boven verveel jeje dood.
B: op die hoogte stik je (gelukkig bestaan er zuurstofflessen)
C: de druk op je lichaam bij extreme snelheid is best hoog
D: Het wordt mogelijk fris weer
E: Je krijgt misschien adrenalinevergiftiging
of je verliest je bewustzijn.
F: Als je dat allemaal overleeft en je bent nog bij bewustzijn en je trekt je parachute open, dan trek je misschien je armen eraf
G: Je bent dan waarschijnlijk nog niet doodgebloed, dus je zal vast te pletter slaan
H: Als je dan nog leeft overlijd je misschien aan een vreselijke schouderontsteking
of aan ziekenhuisvirus.
I: als je dan nóg niet dood bent, zie je het niet meer zitten en pleeg je zelfmoord. Of vanwege het missen van je armen of vanwegen het feit dat er niks meer kikt.