hr
jaargang -23 - laatste artikel 28-4 16:00 - 74464 artikelen - nu online 53 bezoekers -

Home
Forum
Lid worden

Leden
Gebruikersnaam:

Wachtwoord:

Login onthouden

Login via:
Wachtwoord vergeten.

Het Forum

· [MED] Mededelingen
· [SUG] Suggesties
· [M&S] Moppen/Spelletjes
· [CUL] Kunst & Cultuur
· [OFT] Offtopic
· [G&C] Games & Computers
· [WMO] Wat me is overkomen
· [VDS] Vragen des levens
· [POL] Politiek
· [CON] Consumenten forum


moppen en spelletjes - moppen en spelletjes - moppen en spelletjes


1 2 3 4 .... 253 254 255 [256] 257 258 259 261 262 263 264

Fantasy Roleplay

22-11-16 12:25:37
linctus
Oudgediende


WMRindex: 1.339
OTindex: 17.058
Linctus kijkt hoe de wolf het blad opeet. Hij kan nu niet veroorloven dat het dier tegen hem keert. Het bos is zo al gevaarlijk genoeg. Linctus werpt even een blik op de twee kleine wezens. Ze lijken totaal geen last te hebben van de boze stemmen in hun hoofd. Linctus vraagt zich af of de wezens zich door de jaren heen hebben aangepast aan het bos of dat er iets of iemand juist hem en de wolf wil aanvallen. Hij besluit echter om zich er nog niet te druk over te maken. Hij zal wel zien hoe het loopt en met de hoeveelheid blad dat hij heeft moet hij de reis gemakkelijk halen. Linctus stapt op zijn paard en kijkt naar zijn mede reisgenoten. “Laten we nu maar vaart maken, ik wil zo snel mogelijk bij de berg zijn.” Linctus kijkt even bezorgd naar de kleine wezens. Hij is bang dat deze het hoge tempo van de wolf en zijn paard misschien niet kunnen volhouden. “Mogen wij te snel gaan, dan kunnen jullie ook op het paard.” Zegt Linctus kalm. Hij weet niet of de wezens zulke ingewikkelde zinnen wel begrijpen, maar daar wacht hij niet op. Linctus zwiept met zijn teugels en zijn paard zet een draf in richting de berg. Linctus houdt het tempo hoog en merkt dat de wolf hem goed kan bijbenen. Wolven zijn over het algemeen wel in staat om lange afstanden in een hoog tempo af te leggen. Maar normaal zijn wolven mensenschuw en zijn ze vaak agressief tegen mensen. Toch is deze wolf anders. Linctus wist het al vanaf het eerste moment. Hij had het aangevoeld ook al kan hij niet precies zeggen waarom hij dit aanvoelde.

De takken vliegen voorbij en Linctus heeft inmiddels Garnu achter op zijn paard zitten. Door de bladeren ziet hij de top van de berg steeds dichterbij komen. Ze zijn nu al uren onderweg en hebben een flinke afstand kunnen overbruggen. Toen Linctus de berg al kon zien was hij alleen maar meer gedreven om daar zo snel mogelijk te komen. Hij weet niet wat hij daar aan zal treffen. Of er bewoners zijn op de berg. Misschien zijn er wel halfling soldaten. Wellicht is er zelfs een hele stad. Linctus voelt zijn nieuwsgierigheid naar wat komen gaat groeien. Hij is op alles voorbereidt, maar toch blijft het spannend. Hij is benieuwd naar wat hij zal aantreffen. Benieuwd naar wat zijn taak zal zijn en hoe deze zich zal openbaren. Dan worden de bomen steeds minder talrijk naar mate Linctus dichter bij de berg komt. Hij zal nu wel zien wat hem te wachten staat bij de berg.

22-11-16 15:36:34
GroteMop1983
Oudgediende


WMRindex: 5.880
OTindex: 7.881
GM ziet hoe Garnu achterop het paard van Linctus springt. Ze zegt zachtjes bits in het hobbits: “Denk niet ik ook op wezen springen!” Garnu kan zijn bulderende lach niet onderdrukken en vraagt dan in het elfs aan GM: “”Waarvoor heb jij dan vleugels?”
Potverdikkie, daar zeg je mij wat, liefste! GM lacht van oor tot oor en zegt in het dialect hobbits: “daar jij zeggen mij wat.” Ze slaat haar vleugels uit, neemt een sprintje en vliegt hoog genoeg om haar hobbit-lief goed in de gaten te kunnen houden.
………
Ze kijkt vooruit en vliegt verder. Terwijl ze de wind tussen haar vleugels door voelt gaan, houdt ze het viertal (Linctus, paard, Garnu en de wolf) onder haar goed in de gaten.
………
“Hé, kijk eens uit, trut!” hoort ze een voorbij vliegende dikke engel zeggen. GM kijkt de dikke papzak aan. Ze ziet de pijlen in zijn houder. Aan het einde van ieder pijl zit een hart vast. De engel lijkt dronken. “Waarom kun jij mijn taal?” vraagt GM. “Ik ken iedere taal, doos!” zegt de lallende engel. Nog voor de engel verder kan vliegen, beland een hobbit-pijl in zijn rug. GM kan nog net de pijlen van Cupido vastgrijpen en ziet Cupido vallen. “”Vervloekt is Mordon, de koning van de hobbits!!!!” Hoort ze de dronken Cupido nog schreeuwen, voordat hij op de grond dondert. Ze kijkt naar Garnu, die angstig naar haar kijkt en roept naar Garnu in het hobbits: “Hier extra pijlen!” Garnu grijnst, GM gooit en Garnu vangt de pijlen op. “Mooie en speciale pijlen.” zegt Garnu tegen GM.

22-11-16 16:00:08
linctus
Oudgediende


WMRindex: 1.339
OTindex: 17.058
Linctus hoort de commotie achter zich. Hij stopt zijn paard, kijkt achter zich en ziet hoe een wezen naar de grond stort. Een seconde twijfelde Linctus nog of het GM was. Echter was hij al snel er van overtuigd dat het neergestorte wezen niet groen was geweest. Hij spoort met zijn ogen de lucht af en hoort dan wat gekrijs. Hij kijkt omhoog en ziet hoe GM iets tegen Garnu probeert te zeggen. In haar hand lijkt ze pijlen te hebben. Linctus draait zijn paard en zet een draf richting het neergestorte wezen. Terwijl hij dichterbij komt ziet hij hoe het wezen begint te verdwijnen. Alleen een afdruk in de grond en een halfling pijl blijven over. Er gebeuren hier vreemde dingen. Denkt Linctus bij zichzelf en hij stapt af om de plek goed te bekijken. Er is verder niets te zien in de afdruk. Het lijkt wel een menselijke vorm te hebben, maar dan kleiner en dikker. Het is in ieder geval niet zo’n wezen als dat GM is. Dan hoort Linctus een geluid achter zich. Hij trekt zijn zwaard en draait zich rustig om. Hij ziet dat zijn paard ook gespannen is van het geluid en kalmeert het door het dier met zijn hand te strelen. Ook de wolf is waakzaam en samen sluipen ze richting de rand van het bos.

Linctus gaat aan de rand op zijn buik liggen. Hij ligt verborgen achter de struiken en kijkt naar de bron van het geluid. Linctus ziet hoe wel 100 halfling soldaten voorbij marcheren richting een houten nederzetting. Linctus ziet hoe het een simpele nederzetting is gemaakt van houten palen. Toch is het goed afgeschermd met 2 wachttorens bij de ingang. Hij schat de totale grote van het leger op ongeveer 500 soldaten. Hij heeft dit soort tijdelijke kampementen vaak gezien, maar toch is deze anders. Het kamp is veel kleiner en de muren zijn minder hoog. Het lijkt alsof het aangepast is aan de grote van de halflingen. Langzaam sluipt Linctus achteruit. Hij loopt richting de halfling op zijn paard. “Garnu, volgens mij zijn er soldaten van Mordon bij de berg.” Zegt Linctus langzaam. “Kun jij proberen te verstaan waarom ze de toegang van de berg bewaken?”

23-11-16 11:18:01
Roxichu
Erelid


WMRindex: 793
OTindex: 6.978
Seyra was naast Linctus gaan liggen achter een struik, en snuffelde de grond een beetje af. Het rook er heel vreemd. Een geur die ze nog nooit eerder geroken had drong haar snuit door, en het was een vreselijke stank. Ze piepte zachtjes en legde haar poot op haar neus. Ze keek naar de andere, die er tot nu toe geen last van bleken te hebben. Een wolven neus is dan misschien wel beter dan dat van een mens of ander wezen, maar de geur was zo sterk aanwezig, dat ze zich toch verbaasde dat de andere het niet opmerkte. Even bromde Seyra. Ik moet kunnen praten... Het is tijd. Dacht ze bij zichzelf. Ze stond op en sluipte van het stel weg, zonder te kijken of het hen opviel. Een paar honderd meter verderop ging ze achter een grote boom zitten. Ze ontspande zich en haalde diep adem. Langzaam begonnen haar botten te kraken en de haren op haar lichaam te verdwijnen. Seyra probeerde een kreun in te houden toen haar lichaam een menselijk gedaante aannam. Haar kleren waren terug en haar tas hing weer om haar schouders. Ze trok haar kleren even recht, en kamde haar vingers door haar lange haar, daarna hurkte ze weer op haar plaats, en keek van achter haar boom naar het halflingen-leger. Wat ga ik doen? Nu terugkeren naar Linctus en de rest? Of hier wachten tot ze in actie komen?
Even keek ze of ze Linctus, Garnu en GM kon zien. En ze kon ze inderdaad nog achter de struiken zien liggen.
Ze probeerde zo voorzichtig mogelijk te seinen naar hen. Ze floot als een vogel totdat ze de aandacht getrokken leek te hebben van GM.
Daarna gebaarde ze met haar handen de vraag of dat ze misschien om het gebouw heen konden komen, of dat ze in de aanval zouden gaan?
GM leek het half te begrijpen, en Seyra beet haar lip in frustratie. Kan ik eindelijk praten... Ben ik te ver weg om dat daadwerkelijk te doen...

24-11-16 15:49:31
GroteMop1983
Oudgediende


WMRindex: 5.880
OTindex: 7.881
GM ziet de hobbit-burcht voor zich en kijkt om zich heen. Ze land achter Linctus, Garnu en Linctus paard en verstopt zich achter de struiken naast Garnu. Ze kijkt opzij en vraagt zich af waar de wolf is gebleven.
………
Even later ziet ze een mooie verschijning vanachter de boom naar haar seinen. Ze is verbaasd, maar niet bang. Is dat een Lycanthropesse? Die wezens zijn zo oud als de Allerhoogsten en moet je met respect behandelen
Offtopic:
Allerhoogsten zijn de oudste elven in ElfQuest. :D
Eiron, mama en papa hebben het vaker over de Lycanthropessen gehad, maar ik had er nooit één ontmoet.

.....
Ze knielt en knikt. Ze voelt een hand op haar schouder en voelt Garnu’s adem in haar nek. Ze ziet dat het haar van de Lycanthropesse, dezelfde kleur heeft als de vacht van de wolf. Ze kijkt naar de gebaren die de Lycanthropesse naar haar seint. Volgens mij vraagt zij of wij aan gaan vallen. Ze schudt nee en probeert Seyra duidelijk te maken dat ze observeren. Daarna wenkt ze Seyra hun kant op. “Volgens mij is zij wolf die altijd met ons meeloopt.” fluistert ze in het hobbits tegen Garnu. Garnu knikt naar GM en glimlacht naar Seyra. “Welkom” zegt hij zachtjes met een glimlach tegen Seyra.

25-11-16 12:29:53
linctus
Oudgediende


WMRindex: 1.339
OTindex: 17.058
Linctus zie dat Garnu hem lijkt te begrijpen. Linctus probeert zo goed mogelijk in te schatten wat ze van plan zijn en of ze ongezien de berg op kunnen gaan. Zijn paard zal hij dan wellicht achter moeten laten. Liever neemt Linctus toch zijn paard mee. Niet zo zeer omdat hij bang is dat het dier iets overkomt, maar ook omdat hij de spullen niet onbeheerd achter wil laten. Met name het harnas van Imperius is hem dierbaar en hij zou niet willen dat iemand er mee aan de haal probeert te gaan. Het harnas is nu namelijk bestemd voor een opvolger. Voor een nieuwe Paladin die hier al jaren op getraind is. Het zal niet de leerling van Imperius zijn aangezien hij al jaren geen leerling heeft gehad. Gelukkig hebben andere paladins nog wel opvolgers die ze het harnas van Imperius kunnen geven. Van alle paladins waren alleen Imperius en Linctus niet hun eigen opvolgers aan het trainen. Bij Linctus was dit omdat hij de kroonprins aan het trainen was en bij Imperius omdat dit niet was toegstaan in zijn rol al leider van de paladins. Het zwaard en harnas hadden ook beschermende bezweringen om te voorkomen dat iemand het mee zou nemen, maar aangezien het zwaard nu wel weg was durfde Linctus geen risico te nemen. Dit harnas moest een nieuwe paladin dienen.

Linctus hoort GM iets tegen Garnu fluisteren en hoort daarna Garnu welkom zeggen. Linctus draait zich verbaast om en ziet Seyra in het bos staan. Hij is verbaast, maar ook direct op zijn hoede. Hij weet niet wat het bos met de gedachten in Seyra haar hoofd doet. Zowel de wolf als hijzelf hadden last van het bos en konden zich alleen met de plant helpen. Seyra zal dit waarschijnlijk niet ontdekt hebben, dus Linctus weet niet wat er in haar hoofd omgaat. Hij staat op en trekt zijn zwaard. De halfling soldaten zijn nu toch te ver weg om hem op te merken. “Seyra” Begint Linctus langzaam terwijl hij dichterbij loopt. “Weet je nog wie ik ben? Vertrouw op ons gesprek voor ik het bos in ging. Geloof niet de gedachtes die nu in je hoofd spoken. Wij willen jouw geen kwaad doen.”

28-11-16 16:38:27
Roxichu
Erelid


WMRindex: 793
OTindex: 6.978
Seyra gniffelde even toen Linctus haar toesprak alsof ze er net aan kwam wandelen. Hij wist natuurlijk niet wat er zojuist gebeurt was. "Ja, ik weet nog wie je bent. En dankzij de blaadjes die jij me gaf, heb ik ook geen last van die nare stemmen." Ze glimlachte even en wendde zich toen tot het legerkamp voor hen. "Wat gaan we doen? Er omheen, of erdoor?" Er omheen zou verstandig zijn als ze de aandacht niet wilde trekken, maar het zou wel veel langer duren, en Seyra wist dat Linctus eigenlijk zo snel mogelijk de top wilde bereiken. Erdoorheen zou betekenen dat ze in de aanval moesten gaan. Tenzij.... "Wat doen die blaadjes eigenlijk met de plaatselijke bewoners? Ik zag hoe de elf naar de blaadjes keek toen jij ze at, ze trok een bezorgd en verward gezicht. Zouden ze er ziek van worden?" Even keek ze naar GM, om te kijken of ze het begreep. Als de blaadjes inderdaad vergif zijn voor hobbits en elfjes, zou het een mooi afleiding zijn.

01-12-16 12:13:56
linctus
Oudgediende


WMRindex: 1.339
OTindex: 17.058
Linctus snapt er niets van. Hij heeft helemaal niemand de blaadjes gegeven. Hoe kan Seyra dan beweren dat Linctus haar wel iets gaf. Dan valt Linctus iets in hij kijkt om zich heen en ziet de wolf nergens. Hij richt zijn blik op Seyra. Zou ze van gedaante kunnen wisselen? Linctus besluit om het maar op tafel te gooien. Hij wacht totdat Seyra haar vraag heeft gesteld over de blaadjes. Daarna gooit hij direct de vraag op de tafel. “Jij…..en de wolf….jij bent de wolf?” Vraagt Linctus en hij ziet hoe Seyra glimlacht en knikt. Ze vind het leuk dat de paladin zo verbaast is. Toch wil Linctus ook niet te veel vragen stellen. Als Seyra wat meer uitleg wil geven dan is het prima, maar voor nu zijn er dringendere zaken. Hij had echter wel een ander idee om langs het kamp te komen.

“Wat nu als we ze naar het andere kant van het kamp gelokt worden.” Linctus ziet nu op zijn beurt ook wat verbaasde blikken. “De avond maakt al zijn intrede en als we nog even wachten dan kunnen we het deken van de nacht de berg op glippen. Mijn idee is dan ook dat een iemand om het kamp heen trekt en met een vuurpijl de achterzijde in de hens zet. De soldaten zullen dan zo druk zijn met het doven van het vuur dat we waarschijnlijk ongezien voorlangs kunnen trekken.”

01-12-16 15:17:01
GroteMop1983
Oudgediende


WMRindex: 5.880
OTindex: 7.881
GM en Garnu kijken elkaar aan. ‘Ik niet kunnen tegen die blaadjes.’ zegt Garnu tegen GM in het elfs. “Ik wel.” zegt GM terug tegen Garnu. Ze kijkt naar de Cupido-pijlen en lacht breed. Ze weet niet waarom ze lacht, maar als ze naar die pijlen kijkt bekruipt haar het gevoel dat dit pijlen voor verliefdheid zijn. Ze pakt drie pijlen. Één geeft ze aan de paladin, één geeft ze aan de Lycanthropesse en één pijl geeft ze aan haar hobbit-lief Garnu. Zelf pakt ze ook een pijl. Ze zegt tegen Garnu in het elfs: “Wil jij tegen ze zeggen dat dit een liefdespijl is en dat die voor de hobbits bedoeld zijn?” Garnu wijst naar het hartvormige uiteinde van de pijl en zegt in mensentaal: “Dit lief-dus-pijl. Wij willen gebrui-ken te-gun hob-bitss. Moe-ten zui-nu zijn met dit pijl.” Hij kijkt om naar GM en aait haar op haar wang. Ze ziet dat hij moe is en knikt dankbaar naar Garnu.
……..
Dan pakt ze de cupido-pijl. Ze kijkt er goed naar. De pijlen zijn goed gemaakt, zeg. Wat een geluksvogels zijn we. Handgemaakt en mooi gepolijst. We moeten er zuinig op zijn. Ze glimlacht en pakt Garnu’s hand.

07-12-16 09:13:50
Roxichu
Erelid


WMRindex: 793
OTindex: 6.978
“Jij…..en de wolf….jij bent de wolf?” Vraagt Linctus en hij ziet hoe Seyra glimlacht en knikt. Misschien dat ze hem later wat meer uitleg zou geven, nu was daar geen tijd voor. Ze krijgt van de elf-achtige een pijl in haar handen gedrukt, en fronst een beetje. Dan legt de halfling uit dat het een liefdes-pijl is. "Oké, en hoe gaan we ze gebruiken? Er zijn minder pijlen dan dat er vijanden zijn, en we hebben ook lang niet genoeg blaadjes..." Seyra denkt even na. "..Is er echt geen manier om langs het kamp heen te lopen zonder gesnapt te worden?".

13-12-16 15:16:32
GroteMop1983
Oudgediende


WMRindex: 5.880
OTindex: 7.881
"Oké, en hoe gaan we ze gebruiken? Er zijn minder pijlen dan dat er vijanden zijn, en we hebben ook lang niet genoeg blaadjes..." GM ziet Seyra nadenken. "..Is er echt geen manier om langs het kamp heen te lopen zonder gesnapt te worden?". GM kijkt naar Seyra. Ieder woord die Seyra uitdrukt is goed te verstaan voor GM. Het is geen elfs dat Seyra praat, maar zeker ook geen mensentaal. De paladin en Garnu kijken GM en Seyra verbaasd aan. Garnu stoot GM aan en vraagt in het hobbits: “versta jij ieder woord wat zij zegt?” GM zegt in het hobbits: “Ja, is taal verwant aan elfs. Wolfmens niet elfentaal kunnen, maar ik wel taal wolfmens.” Garnu begrijpt wat GM bedoeld en schiet in de lach. Zijn schaterlach is aanstekelijk voor GM. Ze houdt zich nog net in en kijkt ernstig naar Seyra.
.......
Ze krijgt rode blosjes op haar mintgroene kop en zegt tegen Seyra in de taal van de Lycanthropessen: “Ik beetje jouw taal kan praten. Geen andere manier, tenzij vliegen.”, ze zucht en vervolgd met: “Ik jullie niet allemaal kunnen dragen. Garnu zwaar genoeg.” Garnu kijkt verbaasd naar GM en vraagt in het elfs: “Wat over mij gezegd?”
GM zet een duivels glimlachje op en zegt in het hobbits: “Oh, niets bijzonders lieverd. Niets bijzonders.” :+

23-09-17 23:03:32
Madarian
Oudgediende


WMRindex: 2.597
OTindex: 5.605
Offtopic:
Aangezien dit verhaal ook al weer meer dan een half jaartje geleden is, maar een nieuwe gestart...
Een zwarte ridder kijkt van een afstandje naar de poort van een stad. Dan denkt hij terug. Hoe hij z'n vrouw en kinderen vond. Afgeslacht volgens een bepaald ritueel. Hij was door de daders met de boog van z'n paard geschoten net nadat hij op z'n paard geklommen was om hulp te halen. De daders hadden hem niet gespaard en voor dood achtergelaten. Maar hij had drie van de vier daders herkend, allen van deze stad. De eigenaar van de herberg, de verkoper van de magiewinkel, en de eigenaar van de stal. De laatste van de vier zal ook wel van deze stad zijn. Het begint nacht te worden. De zwarte ridder glimlacht onder z'n helm. Voor dood achtergelaten. Bij Sithis. Hij was inderdaad vermoord, maar Sithis stuurde hem terug. Als wraith. Hij kijkt naar z'n paard. Als hij niet beter wist, leek het paard levend. De pijlen hadden z'n paard ook van het leven beroofd. "Kom Shadow. We gaan even voor wat 'leven' in de brouwerij zorgen..." De zwarte ridder rijdt op de stal af. Als hij bij de stal aan komt, beginnen de andere paarden nerveus te reageren. Als de eigenaar naar buiten komt en naar de ruiter kijkt, begint de eigenaar ook nerveus te worden, maar weet niet waarom. "Zal ik uw paard..." De ruiter loopt vlak langs de eigenaar, die de ridder met z'n blik volgt. Als de eigenaar weer richting het paard paard kijkt, is het paard verdwenen. De eigenaar schrikt, en kijkt weer naar de ridder. Die trekt in een snelle beweging z'n zwaard en steekt de staleigenaar in z'n buik. Dan doet de ridder z'n vizier omhoog. De haren van de staleigenaar worden op slag wit vlak voordat hij dood neervalt. De ridder doet z'n vizier naar beneden en gaat naar de poort. De wachters hebben het voorval niet opgemerkt. Nog niet...

Laatste edit 23-09-2017 23:03

25-09-17 00:58:04
GroteMop1983
Oudgediende


WMRindex: 5.880
OTindex: 7.881
Yundra kijkt naar haar glanswitte haar. Bijna haar hele trollenleven heeft ze gegeven voor de heer Yaron. Verschopt en verstoten uit haar trollenstam, omdat ze niet 100% procent trol is. Vader trol en moeder dwerg.
Yaron verkocht haar voor tien zilverlingen en vijftien vuurvliegjes aan een keukenmeid die na een ziekbed van twintig jaren gestorven is.

Yundra strijkt door haar haren heen en kijkt naar haar handen. Ze zijn grof en vol met eelt. Dan kijkt ze naar de poort. Daar staat haar vos met goud-oranje pluimstaart, Vintuu. Vintuu is mooi gekamd en goed verzorgd door Yundra. Vintuu is een kruising tussen een wolf en een vos. Ze is een keer door Yundra gevonden in een waterput dicht bij het huis van de keukenmeid, sindsdien beloofde Yundra aan Vintuu dat ze er altijd voor haar zou zijn. Yundra heeft Vintuu tot nu toe verzorgd en berijdt haar zoals ridders hun paarden berijden.

Yundra woont nu in het huis van de keukenmeid, maar kan totaal niet koken. Wel houd Yundra van schoonmaken. Ze legt een bord klaar voor Vintuu en voor haarzelf en wil gaan eten. Ze kijkt naar haar lichaam. Haar spierwitte lichaam valt in het niet bij de albino-trollen die ze wel eens in het trollendorp was tegengekomen. Ze ziet Vintuu nerveus worden, ze snuffelt en trekt aan haar ketting. Yundra loopt naar Vintuu en legt haar hand op haar goudkleurige wolf-vos. Vintuu gaat zitten en jankt. Na het janken legt ze haar kop op Yundra’s schouders en geeft Yundra kopjes.

“Vintuu, ik sluit even af. Dan gaan we op avontuur.” Yundra loopt terug naar haar huis. Pakt snel alle hoognodige spullen bij elkaar en rent als een speer naar Vintuu toe. “Kom we gaan.” Bepakt en bezakt stapt Yundra op haar wolf-vos en spoort Vintuu aan om hun avontuur tegemoet te gaan.

25-09-17 16:07:44
Madarian
Oudgediende


WMRindex: 2.597
OTindex: 5.605
De zwarte ridder loopt door de poort. De poortwachters worden nerveus als de ridder door de poort gaat. De ogen van de poortwachters volgen de ridder, maar ze stoppen hem niet. De ridder gaat naar de herberg. Als hij daar aan komt, is het net buiten donker geworden. Hij opent de deur, en al snel is het muisstil in de herberg. Iedereen kijkt naar de ridder. Al meteen had de ridder gezien dat de waard achter de bar staat, die ver weg van de deur is. Ook heeft hij gezien dat dicht bij de deur een tafel is met een paar wachters. Onder de helm glimlacht hij, maar niemand kan dat zien door z'n helm. Hij doet net alsof hij rond kijkt, maar houdt z'n blik gericht op de waard. Een serveerster loopt naar hem toe, maar de ridder negeert haar volledig. Inmiddels begint iedereen weer met elkaar te praten, maar ze houden de ridder met een schuin oog in de gaten.

Bij de bar aangekomen ziet iedereen de ridder van de achterkant, behalve de waard. Dan zegt de ridder met een zachte spookachtige stem: "Zoals de waard is vertrouwt hij z'n gasten. Nietwaar, moordenaar?" De ridder doet het vizier open en kijkt de waard kwaad aan. De waard ziet blonde haren, blauwe doodse ogen, en het gezicht van een van z'n slachtoffers. De waard schreeuwt uit angst: "Dat kan niet! Jij bent dood!" Dan wordt het gezicht van de ridder half doorzichtig, maar de rest niet. De ridder zegt zacht: "Dat klopt!" Net op dat moment zet de serveerster haar dienblad op de bar en ziet van de zijkant het gezicht van de ridder. De waard z'n haren worden wit, en hij valt van schrik achteruit tegen een flessenrek, die allemaal kapot vallen. De serveerster schreeuwt van angst en loopt achteruit van de ridder weg. De waard grijpt naar z'n hart en sterft van angst. De ridder doet z'n vizier naar beneden en draait zich om. De wachters aan de tafel vlakbij de deur zijn opgestaan en hebben hun zwaarden getrokken. De ridder loopt naar de deur zonder z'n zwaard te trekken. Een wachter gaat naar buiten en slaat alarm. De andere twee wachters deinzen wat achteruit als de ridder hun nadert.

"Halt! Geef je over!" roept een van de aangesnelde wachters angstig als de ridder door de deur heen gaat. Die wachter wordt bijna omver gelopen door Shadow die uit een doodlopende straat lijkt te komen. De zwarte ridder bestijgt z'n paard en begint te galopperen naar de stadspoort. Hij hoort de wachters roepen dat de poort gesloten moet worden. Een valhek wordt neergelaten voordat hij bij de poort is. Dan beginnen er pijlen om z'n oren te vliegen. Hij besluit vlak langs de buitenmuur te rijden. Als hij vlak achter een huis vlakbij de muur is, springt de ridder op het dak van de muur. Shadow verdwijnt in een zwarte wolk, uit het zicht van de wachters. Vanaf het dak springt de ridder van het dak richting de muur en klimt onnatuurlijk snel omhoog. Nog een paar pijlen volgen. Een raakt de ridder en hij valt naar beneden. Als de wachters achter het huis komen en de ridder willen arresteren, vinden ze alleen de pijl die hem geraakt heeft. Er zit een kleverige doorzichtige substantie aan, maar het is geen bloed...

Laatste edit 25-09-2017 16:08

25-09-17 18:56:25
GroteMop1983
Oudgediende


WMRindex: 5.880
OTindex: 7.881
Vintuu volgt een spoor. Ze spitst haar oren en begint rondjes te draaien. Yundra voelt dat Vintuu iets in de gaten heeft en stapt af. Met de teugels nog in haar hand (en de bagage nog op de rug van Vintuu) loopt de dwergtrol met haar wolfvos verder het bos in.
Offtopic:
Wat een vreselijke zin om neer te pennen, zeg. 8-) :+
Ergens midden in het bos, op een open plek, blijft Vintuu opeens zitten. Ze wil niet meer naar voren, maar ze wil ook niet terug naar het trollendorp. Ze blijft zitten en jankt de hele boel bij elkaar. Ze trekt haar snuit op en blijft nog jankend naar de maan kijken. Yundra slaat haar wolfvossen-metgezel gaande en besluit naar de schaduw te trekken. “Kom we gaan naar het struikgewas.” fluistert ze tegen haar dierenvriend. Ze kijkt om zich heen en besluit iets verderop een slaapplek te zoeken tussen de struiken. Ze pakt de teugels en maant Vintuu om mee te komen.

“Laten we wat te eten zoeken.” Ze pakt een mandje uit de bagage vandaan en wil paddestoelen en bessen plukken. Ze stopt het hengsel van het mandje in de bek van Vintuu en loopt zo tussen de struiken op zoek naar bessen en paddestoelen.
“Deze paddo’s zijn giftig, deze niet….. Aah….” Na een hoopje paddo’s en besjes geplukt te hebben, besluit ze ze te gaan verdelen met Vintuu.

Ze pakt een bes en begraaft deze in de grond. Ze plaatst haar handen op de net begraven bes en blaast tussen haar handen door.
Offtopic:
Net zoals de vervormers in Elfquest, is deze dwergtrol, goed in het vervormen van bomen, paddo’s en planten ;)

Dan pakt ze een paddo (eekhoorntjesbrood) zet deze terug in de grond, legt haar handen er om heen, blaast tussen haar handen en er is meer eekhoorntjesbrood.
Zo gaat ze nog een half uurtje door met eten voor hen te kweken totdat het bijna donker is. Ze plukt alle besjes uit de bessenstruiken weg en haalt alle paddo’s uit de grond, verstopt ze tussen haar bagage en besluit te gaan slapen, met de teugels van Vintuu nog in haar hand.
“Welterusten Vintuu.” zegt ze tegen haar dierenvriendin. Vintuu komt tegen haar aanliggen en legt haar kop op Yundra’s hoofd neer. Laatste edit 25-09-2017 18:58

26-09-17 12:45:13
Madarian
Oudgediende


WMRindex: 2.597
OTindex: 5.605
De pijl had de ridder dodelijk getroffen. Maar een wraith kan niet sterven. Hij is nu volledig onzichtbaar en kan niets doen in de normale wereld. Hij ziet alles om zich heen gebeuren, maar hij ziet van alle levende personen hun zielen. En hij ziet her en der andere geesten ronddolen. Net als toen hij en z'n familie waren geofferd. Hij ziet een aantal wachters naar hem zoeken. De ridder gaat naar de herberg. De deur staat open. Een paar wachters staan bij de deur. De ridder in geestvorm gaat door de deur heen en ziet dat de serveerster ondervraagd wordt. "Ik zweer dat ik de waarheid vertel! Ik kon de toorts dwars door z'n gezicht heen zien! Het was geen man, maar een geest in een harnas!"

De ridder hoort voetstappen achter zich. Net als hij zich wil omdraaien loopt de magieverkoper dwars door hem heen. Hij wordt vergezeld door twee wachters. "Ah, Flidel. Daar ben je eindelijk. Heb je gehoord wat er gebeurd is?" zegt de commandant. "Alleen dat de waard dood is." zegt Flidel. Commandant: "Kijk zelf maar." De magieverkoper kijkt naar de waard. Flidel: "Wit haar? Geen zichtbare wonden... Is hij zich doodgeschrokken?" Een wachter rent naar binnen. "De staleigenaar is ook vermoord. Wit haar, maar is doorboord door een zwaard." Flidel kijkt de serveerster aan: "Je zei dat het een geest was? Normaal zie je geesten niet. En ze gaan meestal dwars door muren en deuren heen... Ik heb toegang nodig tot de bibliotheek van de burcht. Ik moet dit opzoeken. Maar van wat me allemaal verteld is denk ik dat je de waarheid sprak." De commandant geeft met een knik toestemming.

Flidel draait zich om en loopt begeleid door de wachters de deur uit. De zwarte ridder voelt z'n energie terug komen. Hij kan elk moment weer een vaste vorm aannemen, maar besluit dit nog niet te doen. Hij achtervolgt de magieverkoper. Halverwege komen ze langs een jonge vrouwelijke magiër, die de zwarte ridder lijkt aan te kijken als ze langs haar lopen. Ze lijkt angstig, maar zegt niets. De ridder vermoed dat ze een ziener is. De jonge magiër zegt niets. Voor nu negeert de ridder haar. Tot nog toe lijkt alles 'volgens plan' te gaan. Twee daders dood, de derde is gevonden, maar waar is de vierde dader? Als Sithis het wil wordt de vierde dader snel gevonden.

Laatste edit 26-09-2017 12:45

27-09-17 15:05:32
GroteMop1983
Oudgediende


WMRindex: 5.880
OTindex: 7.881
Yundra pakt de teugels stevig vast. Tijdens het galopperen vallen er een aantal bessen en paddo’s uit de mand. Vintuu galoppeert en rent voor zich uit, haar poten onder haar lijf vandaan. Yundra maant Vintuu om stil te gaan staan. Vintuu luistert naar Yundra’s woorden.

“Laten we rustig aan doen, vriendin. Je hoeft niet dood te gaan van oververmoeidheid.” Op een drafje gaat Vintuu verder….. “waar nu heen?” Kijkt ze Yundra vragend aan.

Ze staan op een kruispunt met drie wegen voor zich. Gaan ze naar voren dan komen ze in een mensenstad terecht, gaan ze naar links komen ze uiteindelijk in een ander trollendorp terecht, gaan ze naar rechts dan komen ze uiteindelijk terecht in het onbekende.

27-09-17 16:57:44
Madarian
Oudgediende


WMRindex: 2.597
OTindex: 5.605
Flidel komt aan bij de burcht en gaat naar richting de bibliotheek. Halverwege geeft hij een kleine knik naar iemand. De vierde dader! De ridder glimlacht. Meteen zichtbaar worden en aanvallen? Nee. Er zijn teveel wachters. En wie is hij? "Heer Agnar, uw vader wenst uw gezelschap." hoort de Ridder zeggen. Wie kan hij niet zien. "Oké. Ik ga al." zegt dader vier op een vermoeide toon. Als het op zo'n manier gezegd wordt, dan kan dat maar één ding betekenen. De zoon van de baron. De ridder besluit Flidel te blijven volgen. Als Flidel in de bibliotheek komt, loopt hij meteen naar een bepaalde hoek toe, zoekt op een plank en pakt vrij snel een boek, en begint erin te bladeren. Dat boek moet vaker gepakt zijn. De wachters blijven buiten de deur staan. De ridder besluit over de schouder mee te lezen.

Na een paar minuten komt Agnar de bibliotheek in. Agnar: "Flidel? Wat doe je hier?" Flidel: "Gehoord van de doden in de stad? Dat waren onze 'bondgenoten'. En ze zijn vermoord door een 'geest' zei de serveerster. We hebben waarschijnlijk te maken met een wraith. Wij zijn waarschijnlijk de volgende op z'n lijst, want het kan niet anders of die wraith is Markus. Anders had het ritueel wel gewerkt. Dus we moeten haast maken met de laatste, anders is alles voor niets geweest. Maak de opslagplaats in orde. Ik ga het laatste offer regelen." Agnar leest het stukje wat Flidel naar hem toegeschoven heeft: "Een wraith? Een geest die een menselijke gedaante kan aannemen. Als een wraith dodelijk voor een mens wordt getroffen implodeert hij, maar een tijdje later komt de wraith weer tot 'leven'. Maar er staat niet bij hoe je zo'n wraith kunt stoppen!" Flidel: "Daarom moeten we ook opschieten!"

28-09-17 09:09:04
linctus
Oudgediende


WMRindex: 1.339
OTindex: 17.058
“Linctus kijk uit!” Hoort Linctus een bekende stem roepen. Hij draait zich snel om naar het geluid. Hij ziet hoe een projectiel snel dichterbij komt. Tijd om te ontwijken heeft Linctus niet en hij wordt getroffen in zijn gezicht. Alles wordt zwart voor zijn ogen.

“Gaat het?” Hoort Linctus de bekende stem vragen. Langzaam opent Linctus zijn ogen en hij ziet hoe iemand over hem heen gebogen staat. “Emanuel, jij domme koe.” Moppert Linctus terwijl hij opstaat. “Ik dacht dat jullie zulke goede reflexen hadden.” Lacht Emanuel terwijl hij Linctus omhoog helpt. “Meester Tavkul mag dit niet te weten komen.” Begint Linctus terwijl hij zich realiseert dat hij zojuist door een appel is geveld. Het zou een schande zijn dat een schildknaap van de orde van Inarius geveld wordt door een appel.

Linctus was inmiddels 18 jaar oud en was al sinds zijn 12e in dienst van Meester Tavkul. Meester Tavkul was een strenge leermeester die de laatste jaren niet meer buiten de poorten van het klooster ging. Zijn reizende dagen waren voorbij en Linctus was daardoor ook bebonden aan het klooster. Gelukkig was Emanuel de zoon van de kok ook vaak in de kloostertuin te vinden. Daardoor miste Linctus de buitenwereld een stuk minder.

“Eerlijkheid is een van de beloftes die een ridder van Inarius maakt.” Hoorde Linctus plots achter zich. Meester Tavkul had de neiging om altijd in de buurt te zijn wanneer Linctus een fout maakte. Linctus draait zich om en zakt op zijn knieën. “Meester, ik…” Nog voordat Linctus zijn zin kan afmaken wordt hij wederom tegen de grond gewerkt door een flinke klap van meester Tavkul. “Spaar me je zwakke excuses.” Klinkt het streng. “Je bent een teleurstelling Linctus. Je laten verassen door een appel van een koksjongen. Dat is een schande voor de gehele orde.” Terwijl Linctus weer omhoog krabbelt wordt hij door de meester in zijn maag geschopt. “Dit willen verbergen voor de orde is nog veel erger.” Bromt meester Tavkul terwijl hij een tweede schop in de maag van Linctus geeft.

Linctus kronkelt wat over de grond van de pijn. Het is niet zijn eerste lijfelijke straf van meester Tavkul en het zal ook niet de laatste zijn. Linctus verdrukt de pijn naar de achtergrond. “Sta op.” Beveelt meester Tavkul. Linctus verbijt de pijn en krabbelt weer overeind.

Emanuel is alweer weggevlucht. Emanuel heeft al vaak gezien dat Linctus zo gestraft wordt, maar kan er niets aan doen. Het hoort bij de opleiding tot ridder vertelt Linctus altijd. Toch voelt het niet goed volgens Emanuel. Hij vindt dat een liefdevolle benadering zoals zijn vader hem geeft veel beter werkt. Toch is het bij de orde van Inarius anders. Alle schildknapen worden lijfelijk gestraft bij het maken van een fout. Bij meester Tavkul echter gebeurt dit vaker dan bij andere meesters.

“Wat doe je mij toch aan?” Vraagt meester Tavkul terwijl hij Linctus aankijkt. “Jij dwingt mij hiertoe. Ik wil je niet straffen, maar je blijft me teleurstellen. Hoe moet ik je nou iets leren als jij je best doet om altijd alles te verknallen?” Vraagt meester Tavkul terwijl hij de hand op de schouder van Linctus legt. “Gelukkig ben ik een geduldige meester.” Vervolgd Tavkul terwijl hij een kleine glimlach op zijn gezicht laat zien. Linctus weet wat er nu komen gaat. Hij sluit nog snel zijn ogen en voelt hoe de gebalde vuist van meester Tavkul zijn gezicht raakt. Linctus stort voor de derde keer ter aarde. Hij ziet hoe zijn meester hem de rug toe draait en de omheinde tuin uit loopt. “Ga je melden bij meester Zenbin voor je strafwerk.”

28-09-17 10:01:15
Madarian
Oudgediende


WMRindex: 2.597
OTindex: 5.605
De ridder weet genoeg, maar er zijn teveel wachters. Helaas heeft Flidel zijn naam geraden, en waar hij mee te maken heeft. Flidel is slimmer dan hij in eerste instantie lijkt. Maar Markus houdt zich in. Flidel en Agnar gaan beide een andere kant op. Markus besluit Agnar te volgen om zo achter de locatie van de opslagplaats te komen. Agnar verlaat de burcht en loopt een aantal straten door. Dan komen ze bij de opslagplaats aan. Agnar kijkt even rond, opent de deur en gaat naar binnen. Markus volgt voordat Agnar de deur dicht kan doen. Eenmaal binnen ziet Markus een pentagram op de grond. Wat spullen liggen bij de hoekpunten. Er is een soort poeder over de lijnen van het poeder heen gestrooid, en er ligt een boek op een standaard. Even later komt Flidel binnen, met het offer. De serveerster. Net als ze binnen zijn wordt de serveerster overmeesterd en vastgebonden. Dan wordt ze in het pentagram gelegd. Dan ziet Markus dat nog iemand naar binnen sluipt. De jonge magiër. Flidel en Agnar merken haar niet op.

Flidel begint met het oplezen van teksten, terwijl Agnar een mes pakt, en richting de serveerster loopt. Markus vindt het mooi geweest. Nog in geestvorm trekt hij z'n zwaard en gaat vlak achter Agnar staan. Dan wordt hij zichtbaar en steekt Agnar van achteren dwars door z'n hart. Daarna geeft hij Agnar een trap. Onbedoeld komt Agnar in het pentagram terecht. Met een paar snelle bewegingen hakt Markus de serveerster los, en sleept haar uit het pentagram. Flidel ziet het allemaal gebeuren en schrikt. Agnars lichaam begint plotseling te zweven, en staat daarna op. Markus ziet geen Agnar, maar een bloedrode entiteit staan met hoorns. Het lichaam van Agnar valt weer op de grond, maar de rode identiteit lijkt nu op Agnar. De demon kijkt even rond, en ziet dat het speciale stof op de lijnen van het pentagram zijn verstoord en loopt het pentagram uit, recht op Flidel af. De demon heft z'n arm op en een vreemde rode straal treft Flidel, die dood neervalt. Een schokgolf komt van de demon af. Markus wordt naar achteren geblazen en raakt een stelling. Hij wordt bedolven onder een flinke lading spullen.

Laatste edit 28-09-2017 10:02

28-09-17 10:54:28
linctus
Oudgediende


WMRindex: 1.339
OTindex: 17.058
Linctus krabbelt op en voelt aan zijn lip. Hij ziet hoe het bloed de toppen van zijn vingers rood kleurt. Emanuel komt snel aangerend. “Het spijt me Linctus.” Begint de zoon van de kok. “Ik wilde je niet in de problemen brengen.” Linctus spuugt wat bloed op de grond en lacht naar zijn vriend. “Problemen weten mij altijd wel te vinden. Daar doe jij niets aan.” Linctus voelt hoe zijn lichaam beurs is van de pak slaag. Zijn hoofd dreunt nog na en de smaak van bloed is duidelijk te herkennen in zijn mond. “Ga jij maar alleen appels plukken. Ik moet naar meester Zenbin.” Linctus loopt de tuin uit en laat Emanuel achter.

Linctus loopt over het plein tussen een handjevol andere ridders en schildknapen door. Niemand kijkt op van de verwonde jongen. Alle schildknapen dragen hetzelfde simpele bruine gewaad, maar toch zijn er verschillen. Sommige zeulen met grote boeken achter hun meester aan richting de bibliotheek. Weer andere verzorgen samen hun paard. In de hoek krijgt een hele groep zwaard training van een meester. Linctus voelt sjokt de trappen op aan de andere kant van het plein en klopt op de grote eiken deur. Linctus kijkt nog een keer achterom naar zijn mede schildknapen. Hun meesters zijn niet zo streng als meester Tavkul. Linctus zucht en hoort dan de bekende stem van meester Zenbin. “Verlangen wat andere mensen hebben is een zonde Linctus.”

Linctus draait zich snel om richting meester Zenbin. “Meester Zenbin, ik ben gestuurd voor mijn boetedoening.” De wat mollige man met een grote rode baard kijkt hoofdschuddend naar de verwondingen van Linctus. “Wat was het deze keer Linctus?” vraagt meester Zenbin terwijl hij Linctus naar binnen laat. “De intentie om te liegen en verrast te worden door een appel.” Mompeld Linctus terwijl hij de donkere ruimte binnen loopt. “Een appel?” Vraagt meester Zenbin verbaast. “Daar moet Emanuel wel achter zitten.” Linctus zegt niets en blijft midden in de kamer staan. Meester Zenbin zucht en loopt naar een kast toe. “Ach ik kan je hulp goed gebruiken, als jij niet zo vaak je meester dwars zat dan moest ik alles alleen doen.”

Meester Zenbin pakt een emmer en een spons en geeft dit aan Linctus. “Het klusje valt vandaag wel mee. Je hebt geluk dat er zoveel moet gebeuren voor de grote bijeenkomst morgen.” Zegt de meester terwijl hij zich weer omdraait om een bezem uit de kast te pakken. “De grote zaal moet helemaal schoon zijn voor morgen.” Verteld meester Zenbin terwijl hij de bezem bij Linctus in de hand drukt. “We kunnen de grote bijeenkomst niet in een vieze hal houden. Het is maar eens in de 10 jaar dat alle ridders hier bijeen komen. Dus verkloot het niet.” De vrolijke toon van meester Zenbin veranderde in een dwingende. “Ja meester Zenbin.” Antwoord Linctus trouw en hij sjokt met de spullen richting de waterpomp. “Rechtlopen voordat je daar van meester Tavkul weer straf voor krijgt.” Klinkt het dwingend en Linctus recht zijn rug voordat hij door de eikendeur weer naar buiten stapt.

28-09-17 11:57:47
Madarian
Oudgediende


WMRindex: 2.597
OTindex: 5.605
Bijna kan Markus zich bewegen. Een doos wordt van z'n hoofd afgehaald. De serveerster en de jonge magiër zijn hem aan het uitgraven. Ze kijken angstig, maar graven door. Buiten klinkt geschreeuw en is er veel tumult. De schouder begint los te komen. Markus begint zich te bewegen en weet nu los te komen. Markus: "Bedankt." De serveerster: "Nee. U bedankt. Als u er niet geweest was, was ik nu dood." Markus op lachende toon: "Was dat een woordgrap? Laat maar." Hij kijkt rond. het lichaam van Flidel is weg. Het lichaam van Agnar ligt nog op de grond. De serveerster: "Waarom heeft u de stalknecht en de waard gedood?" Markus: "Omdat ze dat m'n gezin en mij hebben geofferd. Samen met Flidel en Agnar. Vandaar mijn vraag of het een woordgrap was. Maar wat is dat voor geschreeuw?" Markus kijkt door een raam. Er loopt een schim langs. Dan draait de schim zich naar het raam. Er is een arm afgehakt en er zit een gapende wond in de zij. Markus: "Zombies. Zoek dekking. Ik ga naar buiten. Barricadeer daarna de deur."

Kon Markus maar vrijwillig kiezen wanneer hij volledig geest wordt. Half geest lukt wel, maar dan nog kan hij niet door deuren of muren heen. Hij doet de deur op een kier open. De kust lijkt veilig. Hij gaat door de deur heen en sluit deze. Bijna meteen hoort hij geschuif van spullen. Aan spullen geen gebrek om de boel te barricaderen. Markus neemt geen risico. Hij haalt z'n schild tevoorschijn, trekt z'n eenhandige zwaard en gaat op het geschreeuw af. Hij gaat een hoek om en ziet vier zombies op een deur beuken. Na een paar halen met z'n zwaard rollen vier zombiehoofden over de grond. Na een volgende hoek ziet hij een twee wachters die belaagd worden.

Hij schreeuwt voor het eerst sinds hij een wraith is. Het geluid is niet wat Markus verwachtte. Het geluid gaat bij de wachters door merg en been. Maar de zombies draaien zich om en proberen Markus aan te vallen. Markus wordt over het hele lichaam half doorzichtig en beweegt zich zo snel dat de zombies hem niet kunnen raken. Al snel liggen de zombies zonder hoofd bewegingsloos op de grond. De wachters kijken angstig naar Markus die weer volledig zichtbaar wordt. Markus kijkt de wachters aan en zegt: "Help je collega's." Dan gaat hij naar de volgende plek waar geschreeuw vandaan komt. Op deze manier weet Markus een kwart van de zombies uit te schakelen, als hij in de verte het lichaam van Flidel laag bij de grond ziet zweven. Flidel is veranderd in een Lich. Een ondode magiër. Een burger wordt door Flidel gedood. Dan begint het lijk weer te bewegen. Een nieuwe zombie erbij...

Laatste edit 28-09-2017 11:59

28-09-17 15:13:43
linctus
Oudgediende


WMRindex: 1.339
OTindex: 17.058

Met opgeheven hoofd loopt Linctus tussen de mensen op het plein door naar de pomp. Hij hangt de emmer aan de pomp en zet de bezem aan de kant. Linctus pakt de handel met beide handen vast en begint te pompen. Hij ziet hoe het water in de emmer klotst. Het doet hem denken aan een woeste zee. Oorspronkelijk kwam Linctus uit een vissersdorp. Zijn vader was kapitein van een eigen visserschip. Voordat Linctus naar het klooster was gestuurd ging hij wel eens mee met het vissen. De woeste waterpartijen tijdens een storm hadden altijd een kalmerend effect op hem gehad. De emmer is vol en Linctus haalt hem van de pomp af. Hij pakt de bezem en loopt richting de grote hal. Voor zijn gevoel is zijn kaak wel vier keer zo groot als normaal, maar dat zal wel meevallen.

Linctus komt bij de grote zaal aan en opent de deuren. Hij kijkt rond en gelukkig is de zaal niet al te vies. Linctus zet de emmer op de grond en begint eerst met vegen. Hij ziet hoe het zand en stof voor zijn bezem uit dwarrelen. Hij denkt aan hoe zijn vader keek toen hij Linctus kon vertellen dat hij ridder kon worden. Natuurlijk moest Linctus toen nog door de proeven heenkomen, maar het feit dat hij een kans had maakte zijn vader trots. Linctus zucht. Hij vraagt zich af of zijn vader nog zo trots zou zijn als hij zag hoe het Linctus nu verging. Linctus gaat verder met het schoonmaken van de zaal. Na enige tijd wordt de deur van de grote hal open gemaakt. “Het begint al avond te worden Linctus.” Zegt de man met de rode baard. “Meester Tavkul heeft me toestemming gegeven om je een stuk brood te brengen tijdens je strafwerk.” Zegt meester Zenbin terwijl hij een bord met brood op de grond bij de ingang zet. “Het begint inmiddels al donker te worden dus ik maak wat kaarsen voor je aan.” Meester Zenbin loopt rond de zaal en maakt her en der de kaarsen aan. Hij kijkt de ruimte rond en ziet dat Linctus bijna klaar is. “Maak dit maar af en eet je brood op. Morgen bij zonsopgang begint het toernooi van schildknapen. Daar moet je goed voor uitgerust zijn.” Meester Zenbin glimlacht nog een keer terwijl Linctus zwijgt. Daarna verdwijnt de meester uit de zaal en wordt Linctus weer alleen gelaten met zijn gedachten.

Linctus legt de spons terug in de emmer en loopt naar het bord. Hij heeft klaarblijkelijk bijna de hele dag gepoetst en daardoor het middag- en avondeten gemist. Linctus neemt een hap van het brood en voelt hoe zijn maag begint te reageren op het eten. Zijn lichaam is inmiddels al het een en ander gewend. Linctus vermoed dat hij nu eten heeft gekregen zodat hij zijn meester niet ten schande brengt in het toernooi. Meester Tavkul is dan ook een meester met veel aanzien. Er zijn weinig meesters met zo veel ervaring en kennis als meester Tavkul. Het was dan ook een grote eer toen Linctus aan de meester werd toegekend. Echter is het nooit makkelijk geweest om de schildknaap van meester Tavkul te zijn. De meester eist de hoogste standaard voor zijn schildknapen en neemt er nooit meer dan 1 onder zijn hoede. Echter zijn de leermethodes van de meester erg afstandelijk en soms wreed. Maar Linctus weet dat dit allemaal voor een hoger doel is. Linctus weet dat hij getraind wordt om een van de beste ridders te worden die de orde ooit gekend heeft. Al vraagt hij zich wel af of dat er ooit van zal komen. Linctus eet het brood op en loopt weer naar de emmer.

De avond is gevallen als Linctus de laatste spullen heeft schoongemaakt. Hij maakt de deur open en zet de emmer en bezem alvast buiten de deur. Daarna blaast Linctus de kaarsen uit en schud de emmer met water leeg over het plein. Linctus loopt weer terug over het plein naar de grote eiken deur. Linctus klopt op de deur en wacht tot deze wordt opengemaakt. “Je straf is voldaan. Ga nu maar naar bed.” Zegt meester Zenbin terwijl hij de spullen van de schildknaap over neemt. Linctus groet de meester en vertrekt richting de slaapzaal. Eenmaal aangekomen bij de slaapzaal loopt Linctus richting zijn bed. Normaal is de zaal nagenoeg leeg, maar nu is bijna elk bed gevuld met een schildknaap. Linctus loopt naar zijn eigen bed en trekt zijn gewaad uit. De rest slaapt al en dat gaat Linctus ook doen. Hij kruipt onder de deken en sluit zijn ogen. Zijn gezicht en romp doen nog pijn, maar dit verdwijnt terwijl Linctus wegzakt in een diepe slaap.

28-09-17 15:41:24
Madarian
Oudgediende


WMRindex: 2.597
OTindex: 5.605
Markus kijkt rond. Kan hij Flidel snel bereiken? Er zijn overal teveel zombies om hem snel te bereiken. Over de daken? Dan is hij omringd door zombies als hij bij Flidel komt. Dan maar de moeilijke weg. Aan de linkerkant hebben een aantal wachters een barricade opgeworpen die stand lijkt te houden. Geregeld worden pijlen afgeschoten die niet veel effect lijken te hebben. De wachters weten blijkbaar niet hoe je zombies stopt. Met een vastberaden blik loopt Markus hun kant op. Elke zombie die in bereik is wordt zo snel mogelijk onthoofd of van een ledemaat ontdaan. Markus: "Schiet op hun hoofden!" Twee zombies krijgen een pijl door het hoofd en vallen bewegingsloos neer. Flidel is niet meer in zicht. Markus vecht zich een weg naar de laatste plek waar hij Flidel zag, terwijl hij zoveel mogelijk wachters probeert te helpen, zodat ze zich kunnen hergroeperen. Dan ziet hij Flidel. Na een armbeweging van Flidel vliegt een vuurbal richting Markus. De vuurbal gaat langzaam genoeg. Markus geeft een zombie zo'n klap dat deze door de lucht vliegt en de vuurbal raakt. Een aantal zombies in de buurt vliegen in brand. Markus probeert bij Flidel te komen, maar moet meerdere zombies en vuurballen ontwijken. Als hij weer wil uithalen vliegt er een salvo pijlen vlak over hem heen. Een paar zombies vallen neer. Markus kijkt even om. Een groepje wachters die Markus ontzet heeft, heeft besloten hem te begeleiden.

28-09-17 18:27:29
GroteMop1983
Oudgediende


WMRindex: 5.880
OTindex: 7.881
Offtopic:
:w Hey, Linctus! Leuk dat jij er ook bent! ;) Jeez, ik ben even niet aanwezig en er zijn al 7 lappen tekst geschreven! :+
Kom we gaan naar rechts, zegt Yundra tegen haar dierenvriendin. Vintuu geeft een knikje en gaat op een drafje verder. “Hoo!” fluistert Yundra in Vintuu’s oor. Vintuu staat gelijk stil. Yundra stapt van haar zadel af en kijkt vooruit. “Wow… die onbekende weg is nog langer dan ik dacht.”

Yundra kijkt naar Vintuu. Ze pakt de teugels steviger vast en spoort Vintuu aan om in galop te gaan. VIntuu rent als een speer over het onbekende weggetje. Na drie uur te hebben gegaloppeerd maant Yundra haar wolfvos om in draf te gaan. Ze zijn nog niet eens eens op een kwart van de weg.

“Hoo!” zegt Yundra tegen Vintuu. Vintuu stopt gelijk met draven. Ze draaft naar de zijkant van het pad achter wat struiken. Eenmaal achter een grote struik verscholen, besluit Yundra rond te kijken of er wat te vervormen valt. Ze ziet wat druiven hangen en besluit deze in een leeg mandje te stoppen zodat ze er straks wijn van kan gaan maken.

Ze pakt een druif, stopt deze in de grond. Doet haar handen om de druif heen en blaast tussen haar vingers door. Er verschijnt een mooie druivenstruik met een mix van sappige rode en witte druiven. Ze pakt de druiven legt ze in het lege mandje en besluit na een kilo druiven bij elkaar te hebben geraapt om er wijn van te maken.

De druiven belanden in een teiltje, worden fijngestampt, het druivennat, wordt overgegoten in een aantal flessen, die Yundra weer vastmaakt tussen de andere bagage. Ze pakt een fles en een kommetje en fluistert tegen Vintuu: “Hier meid, neem ook wat wijn.” De twee wezens drinken de fles wijn op en vallen tussen de struiken tegen elkaar aan in slaap.

Je moet ingelogd zijn om te kunnen reageren!

1 2 3 4 .... 253 254 255 [256] 257 258 259 261 262 263 264

WMRphp ver. 7.1 secs - Smalle versie - terug naar boven